Dag 9: Johannes 5:1-18

We lezen vandaag Johannes 5:1-18

Jezus is weer in Jeruzalem. Net als gisteren zoemt dit gedeelte in op 1 persoon. Een man die al 38 jaar ziek is. Hij heeft niemand (meer) die hem in het water kan helpen om gezond te worden. Jezus vraagt hem: "Wilt u gezond worden?". Wat een vraag! Het antwoord van de man is opmerkelijk. Hij zegt niet:"Ja, natuurlijk", maar hij laat zich in het hart kijken; hij heeft geen hoop meer dat hij gezond wordt. Niemand kan hem nog helpen.

Wat leer ik over Jezus?
Jezus geneest deze man, zonder dat de man daar een greintje geloof voor heeft. Hij geeft hem een nieuw leven. Prachtig! Alleen, het is sabbat en de man loopt, in opdracht van Jezus, met zijn mat door de straten van Jeruzalem. Dat mag niet volgens de wetten, zeggen de joden die hem tegenkomen.
Frappant hoe de focus op het wonder van zijn genezing na 38 jaar, verschuift naar hoe het komt dat hij een sabbatswet overtreed. Geen oog voor het wonder, wel voor de regel.
Jezus heeft oog voor beide (vs 14). Hij kan en mag dit doen, omdat God zijn Vader is. Voor ons een bevredigend antwoord, voor de joden toen, Godslastering.

Wat heb ik daaraan?
Jezus noemt hier God zijn eigen Vader. Net als in Johannes 3 waarin Hij de tempel het huis van zijn Vader noemt. Hij, de zoon van de Vader, heeft die macht die Hem stelt boven de tempel en boven de sabbat. Houdt de regelgever hier zich niet aan zijn gegeven regels? Of laat Hij hier zien dat de regel vervuld wordt in Hem. Dan zijn die regels geen beknelling meer, maar dienen ze tot mijn vrijheid.
Ik wil me blijven verwonderen over het wonder van zijn redding.

Mathea Bikker
Morgen lezen we Johannes 5:19-46